IPM-specialist Virtual Instruments breidt uit naar Nederland

Virtual Instruments, een leverancier van oplossingen voor infrastructure performance management ofwel IPM, heeft onlangs een Nederlandse activiteit opgestart. Ramon van Heijenoort, voorheen werkzaam voor onder andere Data Domain en Michel Spierenburg, voorheen werkzaam voor Brocade, zijn nu verantwoordelijk voor de Benelux-regio.

Ramon van Heijenoort van Virtual Instruments

Infrastructure performance management is een relatief nieuw begrip in de IT. Hoewel er meerdere definities in omloop zijn, komt het er in de regel op neer dat IT-afdelingen een beheerplatform nodig hebben waarmee zij inzicht kunnen krijgen in de status, utilisatie en de prestaties van hun totale infrastructuur. Daarbij gaat het dan om zowel de traditionele fysieke systemen, gevirtualiseerde omgevingen, maar ook de in gebruik zijnde cloud services.

Microsoft

Virtual Instruments (VI) is vroeg in deze markt gesprongen en heeft daarbij onder andere een beroep kunnen doen op investeerders als John Thompson, voorheen CEO van Symantec en is recentelijk benoemd tot ‘chairman of the board’ van Microsoft. Hij was een van de eerste investeerders in het bedrijf en heeft besloten als CEO van Virtual Instruments verder aan het bedrijf te bouwen.

VI is inmiddels vijf jaar oud en is begonnen als een spin-off van Finisar, een aanbieder van producten op het gebied van fiber optics. In 2009 kwam dit concern tot de conclusie dat een aantal ontwikkelingen niet meer tot de kernactiviteiten behoorden. Hierin bevond zich een optische splitter waarmee Fibre Channel-verkeer kan worden gesplitst. Deze splitter vormt voor VI nu een van de basiscomponenten voor een product dat VirtualWisdom heet.

Michel Spierenburg van Virtual Instruments

Van VM tot en met LUN

Met VirtualWisdom kunnen IT-managers de prestaties van hun totale infrastructuur in kaart brengen. “Wij zeggen altijd: van VM’s tot en met de LUN’s”, zegt Chris James, director of EMEA marketing bij Virtual Instruments. Dit gebeurt zonder dat hiervoor aparte ‘software agents' in de infrastructuur geplaatst behoeven te worden. VI meet op drie niveaus. Dat zijn allereerst de virtuele servers. Data over de performance van deze VM’s haalt VI uit vCenter van VMware. Daarnaast is een zogeheten SAN availability probe beschikbaar die log-data verzamelt van switches van onder andere Brocade en Cisco. De SAN performance probes zijn in hardware uitgevoerd en bekijken de ‘frame headers’ van ieder Fibre Channel-datapakketje. Deze SAN Performance-probes worden aangesloten op een passieve TAP patch pannel ofwel ‘traffic access point’ dat via de eerder genoemde splitter het optische Fibre Channel-verkeer splitst, waardoor realtime gemeten kan worden.

Al deze meetgegevens worden naar een managementserver geleid waar deze data geanalyseerd kan worden. Hiervoor is een reeks van standaard rapporten en temptaties beschikbaar. Ook is het mogelijk om zelf analyses en rapportages te maken. Bovendien zijn er verschillende dashboards per afdeling beschikbaar zodat in een oogopslag een beeld kan worden verkregen van de status van de infrastructuur.

Modelleren en simuleren

De meeste IT-afdelingen die VirtualWisdom toepassen, doen dit om de investeringen in hun infrastructuur te optimaliseren. “We kunnen met VirtualWisdom modelleren en simuleren. Maar we kunnen ook precies zien waar zich performance issues voordoen. Op die manier kan een IT-manager precies zien welke maatregelen nodig zijn om de infrastructuur optimaal te laten presteren”, licht James toe.

“Interessant aan de aanpak van Virtual Instruments is ook”, zegt Van Heijenoort, “dat we kunnen meten en opnemen. We kunnen als het ware een opname maken van de prestaties van de infrastructuur in de tijd. Deze opnames kunnen worden opgeslagen en later weer worden afgespeeld. Op die manier kunnen datacenters maar bijvoorbeeld ook cloud providers als het ware bewijzen dat de infrastructuur op een bepaald moment aan een SLA voldeed. Maar dit is natuurlijk ook een mooie optie voor compliance-doeleinden.”

Robbert Hoeffnagel