Blijvende tweedeling tussen kleine en grote IT-dienstverleners dreigt

Er dreigt een blijvende tweedeling te ontstaan als het gaat om het dienstenaanbod van kleine en grote IT service providers. Waar de kleinere spelers door hun defensieve opstelling verworden tot een niche-speler met een beperkt, maar op maat gesneden aanbod, zetten de grotere IT-dienstverleners juist in op uitbreiding en integratie van hun product- en dienstenportfolio. Dit blijkt uit een marktinventarisatie van business development- en onderzoeksbureau Velocitas in opdracht van Interxion, een toonaangevende Europese leverancier op het gebied van cloud- en carrier-neutrale datacenterdiensten, onder IT-consultants en salesverantwoordelijken van meer dan zeventig kleine, middelgrote en grote Nederlandse IT-dienstverleners. 

Uit de rondgang langs de bedrijven blijkt dat kleine IT-dienstverleners (<20 mensen) vooral lokaal georiënteerd zijn. Ondanks dat ze zich bewust zijn van ontwikkelingen in de markt, zoals publieke en hybride cloud-diensten, en het feit dat ook de sales een toenemende vraag naar dit soort diensten signaleert, gaan ze er niet toe over deze diensten ook in hun portfolio op te nemen. Eén van de beweegredenen die hieraan ten grondslag ligt is dat ze de voorgaande jaren volop hebben geïnvesteerd in hun eigen datacenter en het ontwikkelen van een private cloud-dienst. Deze investeringen willen de kleine IT-dienstverleners eerst terugverdienen. Een ander argument dat veelvuldig wordt gehoord, is dat ze in een private cloud de privacy en informatiebeveiliging beter denken te kunnen waarborgen. Een derde reden is dat ze van mening zijn dat hun IT-infrastructuur niet geschikt is om een koppeling tot stand te brengen met de publieke cloud en ze opzien tegen het migratietraject.

Door hun defensieve opstelling dwingen de kleinere IT-dienstverleners zichzelf in de rol van niche-speler, met een beperkt, maar hoogwaardig en gericht product- en dienstenaanbod. Zowel de IT-consultants als de sales-afdelingen van de kleine bedrijven geven aan dat ze hun onderscheidend vermogen halen uit diepgaande marktkennis, hoogwaardige dienstverlening en vooral persoonlijk contact met hun klanten.

  • 011_Interxion-199x300 Michael van den Assem
  • Volgens Michael van den Assem, Algemeen Directeur van Interxion Nederland, laten de kleinere IT-dienstverleners hierdoor wel kansen liggen. "Er is absoluut een markt voor IT-dienstverleners die zich op een specifiek marktsegment richten met diensten die honderd procent zijn afgestemd op de klant. Maar aan de andere kant doen ze zichzelf op deze manier ook tekort. Ze gaan voorbij aan het feit dat met de nieuwste technologische ontwikkelingen, ze hun eigen infrastructuur en private cloud tegenwoordig eenvoudig, veilig en kostenefficiënt kunnen ontsluiten naar het onafhankelijke datacenter, en kunnen koppelen met de publieke cloud. Op deze manier hoeven ze hun investeringen in hun private cloud en het eigen datacenter niet af te schrijven, maar kunnen ze volop profiteren van het hybride model. Ze kunnen hier echter niet te lang mee blijven wachten, want anders worden ze op een onoverbrugbare achterstand gezet."

Hybride model 

Want dat het hybride model de toekomst heeft, staat voor alle respondenten buiten kijf, of ze nu werkzaam zijn voor een kleine of een grote IT-dienstverlener. Het verschil is dat de grotere IT-dienstverleners al langer bezig zijn om hun businessmodel om te vormen en tevens meer mogelijkheden hebben om de stap naar het onafhankelijke datacenter en het hybride model te maken. Deze partijen (>100 mensen) geven aan dat ze hun toegevoegde waarde niet zozeer halen uit de diversificatie, maar meer uit de uitbreiding en integratie van hun producten- en dienstenaanbod. Ze willen voor hun klanten een optimale wisselwerking realiseren tussen de workloads die draaien op eigen dedicated infrastructuur, workloads in de private cloud en workloads in de publieke cloud. Hiertoe maken ze om verbinding te maken met de publieke cloud meer en meer gebruik van directe connecties, zoals Microsoft ExpressRoute voor een koppeling met Azure, de publieke cloud van Microsoft.

Van den Assem: "Door het gebruik van Cloud Connect kunnen directe verbindingen worden gerealiseerd met hogere service levels als het gaat om latency, doorvoersnelheden en beveiliging. Ondanks dat infrastructuur en workloads op verschillende locaties ondergebracht zijn, functioneert het toch als ware het één geheel. Dit is voor de partijen die het onafhankelijke datacenter en het hybride model al geadopteerd hebben een duidelijke meerwaarde ten opzichte van partijen die dit nog niet hebben gedaan."

Voor de grotere IT-dienstverleners is klantgerichtheid echter minstens even belangrijk, zo vinden zij zelf. Zij willen dit doen door hun klanten zo veel mogelijk extra diensten te kunnen bieden. Diensten die ze niet altijd zelf in huis hoeven te hebben, maar die door de stap naar het onafhankelijke datacenter wel binnen handbereik komen. Door de directe nabijheid van andere cloud service providers, carriers en system integrators zijn gemakkelijke samenwerkingen tot stand te brengen, waarmee een nieuw businessmodel of extra diensten kunnen worden ontwikkeld.

Meer over
Lees ook
SAS onderzoek: 1 op 2 Benelux executives is onvoldoende voorbereid op disruptie

SAS onderzoek: 1 op 2 Benelux executives is onvoldoende voorbereid op disruptie

Onder 2.400 wereldwijd ondervraagde executives signaleert een op de twee een achterstand in ‘resiliency’ planning en strategie. Ondanks drie opeenvolgende jaren van aanhoudende ontwrichting en economische onzekerheid, geeft 53% van de executives wereldwijd en 55% in de Benelux toe dat hun bedrijf niet staat waar het zou moeten staan als het gaat o1

Altair en TU Delft ondertekenen campusbrede licentieovereenkomst

Altair en TU Delft ondertekenen campusbrede licentieovereenkomst

Altair heeft een meerjarige campusbrede licentieovereenkomst getekend met de TU Delft. Deze grootste technische universiteit van Nederland staat op de 10e plaats voor techniek en technologie in de QS World University Rankings. Op basis van de nieuwe licentie kunnen ruim 25.000 studenten en 6.000 medewerkers van de TU Delft profiteren van een besch1

Het dilemma van de vitale datacenters

Het dilemma van de vitale datacenters

Na de haven in Rotterdam en Schiphol, wordt de digitale infrastructuur van datacenters wel eens de derde mainport van Nederland genoemd. Met ruim 140 datacenters in dit land is die gedachte ook niet zo gek, maar hoe bepaal je welke datacenters moeten worden beschouwd als vitale infrastructuur