IBM investeert miljarden in uitbreiding cloud-aanbod

Onlangs opende IBM in Hongkong alweer een nieuw datacenter. Het concern heeft de afgelopen jaren meerdere malen de ‘headlines’gehaald met de aankondiging van miljardeninvesteringen in cloud. Daarnaast lanceerde het concern talloze kleinere initiatieven en producten die allemaal in de cloud-hoek thuishoren. En dan was er natuurlijk nog de overname - vorig jaar - van Softlayer. Wat betekent dit allemaal voor de cloud-strategie van IBM?

Van de grote spelers in de markt lijkt IBM zich vaak het meest ingetogen op te stellen als het gaat om cloud computing. Toch investeert het concern al sinds 2008 forse bedragen in zijn cloud-aanbod. “In eerste instantie heeft IBM een eigen IaaS-platform gebouwd”, vertelt Martin van der Meer, cloud leader bij IBM Benelux. “Dit SmartCloud Enterprise geheten platform werd - zoals wij dat noemen - ‘managed by yourself’. Met andere woorden: het was gericht op private cloud-toepassingen vanuit het eigen datacenter van de organisatie. Daar hebben we vervolgens SmartCloud Enterprise Plus aan toegevoegd: een public cloud-omgeving waarmee IT-afdelingen applicaties ook extern konden plaatsen. Daar horen uiteraard ook hybride varianten bij en - heel belangrijk - een cloud orchestration-laag zodat IT-afdelingen of service providers cloud services beschikbaar kunnen maken en kunnen beheren.”

Martin van der Meer, cloud leader bij IBM Benelux: “De wereld van enterprise-organisaties waar IBM vandaan komt en die van gaming-startups waar SoftLayer zich oorspronkelijk op richtte, lag tot voor kort ver uit elkaar. Maar inmiddels zien we dat beide werelden steeds dichter bij elkaar komen te liggen.”

IBM was druk bezig met het invullen van deze cloud-strategie met onder andere speciale SmartCloud Enterprise-varianten voor bijvoorbeeld SAP- en Oracle-klanten en het als SaaS-oplossing beschikbaar maken van tientallen zogeheten ‘business solutions’, toen vorig jaar zomer het nieuws kwam dat het concern SoftLayer had overgenomen. Het gaat om de grootste overname van IBM sinds de acquisitie in 1995 van Lotus Development. Maar veel belangrijker: SoftLayer kent een geheel eigen kijk op cloud en komt ook nog eens uit een hele andere hoek van de IT dan IBM. Dus wat betekent deze overname voor IBM’s cloud-strategie?

Naar elkaar groeien

Gaat met deze overname de cloud-strategie van IBM volledig op de schop? “Nee, zeker niet”, meent Van der Meer. “SoftLayer was een privaat bedrijf dat uit een hele andere hoek komt en ook hele andere klanten aansprak dan IBM. Waar IBM zich vooral richt op enterprise-omgevingen, is SoftLayer groot geworden als cloud-platform voor startups op het gebied van internet, mobile en met name games. De wereld van enterprise-organisaties en gaming-startups lag tot voor kort ver uit elkaar. Maar inmiddels zien we dat beide werelden toch steeds dichter bij elkaar komen te liggen.”

Steeds meer enterprise-organisaties hebben behoefte aan een cloud-omgeving die zeer snel op te schalen is, die massale hoeveelheden - veelal mobiele - gebruikers kan ondersteunen en die in staat is om een zeer goede ‘experience’aan die gebruikers te bieden, met name als het om de grafische aspecten van een applicatie gaat.

“SoftLayer heeft een bare metal cloud stack ontwikkeld die onder andere gaming-bedrijven in staat stelt om een full 3D grafische omgeving aan zeer grote aantallen mobiele gebruikers aan te bieden, waarbij iedere gebruiker toch met een zeer responsive app kan werken. SoftLayer sprak met die aanpak een markt aan met een omvang van pakweg 110 miljard dollar. Dat is op zich natuurlijk al een zeer aantrekkelijke markt, maar deze technologie laat zich ook nog eens heel goed inzetten voor IBM’s meer traditionele klantengroep: enterprise-organisaties. Laat ik het zo zeggen: als deze cloud stack in staat is om internet en mobile gaming zonder enig probleem te ondersteunen, dan is deze aanpak ook prima geschikt als platform voor enterprise-applicaties. Dit is van groot belang, omdat we zien dat enterprise-organisaties steeds meer investeren in bijvoorbeeld marketing-acties die zwaar op mobiele apps leunen. Die acties zijn van cruciaal belang voor het zakelijk succes van onze klanten, dus moeten wij in staat zijn hen een cloud-omgeving te bieden die dit soort acties zeer goed kan ondersteunen.”

Voor OpenStack

SoftLayer is in 2005 van start gegaan. Dat is dus ruim voor de start van projecten als OpenStack. Het is dan ook logisch dat SoftLayer nu een duale aanpak kent, meent Van der Meer. “We ondersteunen uiteraard OpenStack, maar daarnaast bieden we ook SoftLayer’s eigen platform. We proberen hierin volstrekt neutraal te zijn. Het is de situatie van de klant die bepaalt wat de beste aanpak is. In feite gaat het hierbij om een verdere invulling van wat we in de IT-sector al jaren ‘rightsized IT’noemen.”

Beide omgevingen - de OpenStack-variant en de eigen SoftLayer-aanpak - kennen hun specifieke voordelen. Zo biedt SoftLayer een eigen beheer- en orkestratie-laag. “Interessant is”, zo zegt Van der Meer, “dat het binnen het SoftLayer-platform bijvoorbeeld mogelijk is om vanuit een app een reboot te geven, iets wat via OpenStack niet geregeld is. Het is maar een klein voorbeeld, maar het illustreert wel het in onze ogen belangrijke verschil tussen OpenStack en SoftLayer: OpenStack is vooral bedoeld voor het ‘deployen’van cloud services, terwijl we vanuit SoftLayer een volledige deploy en control-omgeving hebben gecreëerd. Beide zijn bovendien volledig met elkaar verweven, het is in feite één omgeving. Soms wil de klant zelf het beheer regelen, andere IT-afdelingen geven de voorkeur aan een geïntegreerde omgeving.”

Hoewel de SmartCloud Enterprise-aanpak nu grotendeels is afgebouwd - de meeste klanten zijn gemigreerd naar het SoftLayer-platform - bestaan er nog wel enkele premium SCE-opties. “Deze worden geleverd als aanvulling op SoftLayer. Daarnaast kunnen bedrijven inmiddels zo’n 140 IBM business solutions via een SaaS-model gebruiken.”

Hongkong en Amsterdam

Terug naar het datacenter in Hongkong dat onlangs is geopend. Deze maakt deel uit van een hele serie datacenters die IBM op alle continenten bouwt. Ook in Amsterdam staat een dergelijk datacenter.

Van der Meer: “Deze zijn allemaal identiek. Sta in een computerzaal en je kunt aan de inrichting niet zien in welk land of continent je bent. Dat is een bewuste keuze. We willen klanten 24/7/365-ondersteuning op cloud-gebied kunnen bieden. Dan is het van cruciaal belang dat alle datacenters naadloos met elkaar geïntegreerd zijn. Cloud services kunnen hierbij naar keuze vanuit een of meer datacenters gefaciliteerd worden. Dan hoeft de klant zich ook niet druk te maken of IBM bij wijze van spreken zijn workloads vanuit één, twee of desnoods nog meer datacenters aanbiedt. Alle synchronisatie en onderlinge afstemming gebeurt door ons. De klant betaalt alleen voor het dataverkeer van de IBM-datacenters naar zijn eigen locaties. Het dataverkeer tussen de IBM-datacenters nemen wij voor onze rekening.”

Overigens bieden deze datacenters niet alleen ondersteuning voor cloud services. Zij worden ook ingezet voor meer klassieke hosting-diensten, managed services (denk aan virtuele firewalls en andere security-diensten), maar bijvoorbeeld ook voor het faciliteren van virtuele netwerken (VLAN’s) en dergelijke. Van der Meer: “Wij zien naast dit soort diensten ook een opvallend grote vraag naar het leveren van compute- en storage-capaciteit voor software testing. Steeds meer IT-afdelingen hebben moeite om de business case voor het aanschaffen van extra IT-hardware voor test- en ontwikkeldoeleinden rond te krijgen. Een cloud-model biedt dan in veel gevallen uitkomst.”

Orkestratie

Net als andere aanbieders van cloud-diensten legt IBM in presentaties over zijn cloud-aanpak veel nadruk op de orchestration layer. Van der Meer: “Deze is bedoeld voor de afstemming van cloud services onderling en tussen cloud services enerzijds en on-premise applicaties anderzijds. Tot voor kort zagen we dat hier slechts in beperkte mate gebruik van werd gemaakt. Dat is nu toch serieus aan het groeien. Ik denk dat het een duidelijk teken is van de groeiende acceptatie van cloud-diensten dat we meer en meer klanten zien die de orchestration layer ook daadwerkelijk gebruiken.”

Overigens gaat dit natuurlijk veel verder dan ‘enkel en alleen’het aan elkaar koppelen van wat on-premise en off-premise applicaties, vertelt Van der Meer. “IT-afdelingen die daadwerkelijk volgens het services-model gaan werken, zijn bezig met een ingrijpende reorganisatie van hun gehele IT-aanpak. Zo’n beetje alle werkprocessen moeten veranderen: van contracting met toeleveranciers tot billing en van doorberekening aan interne of externe klanten tot compliance. En dan heb ik het nog niet eens over de vraag wat dit allemaal aan technische wijzigingen met zich meebrengt. Het vraagt dus een hele forse aanpassing binnen de IT-afdeling zelf, maar natuurlijk ook waar het gaat om de afspraken die je als IT-afdeling met de business maakt.”

Robbert Hoeffnagel

 
Meer over
Lees ook
Technisch dienstverlener Unica neemt  Eljes Infrastructurele Projecten over

Technisch dienstverlener Unica neemt Eljes Infrastructurele Projecten over

Technisch dienstverlener Unica neemt het bedrijf Eljes Infrastructurele Projecten over dat actief is in de aanleg van glasvezelnetwerken voor datacenters en networkproviders in de Benelux.

Loek Wilden van Schneider Electric legt uit waarom DCIM onmisbaar is:  voor de CIO en anderen

Loek Wilden van Schneider Electric legt uit waarom DCIM onmisbaar is: voor de CIO en anderen

Schneider Electric heeft het afgelopen jaar de online DCIM Monitoring Value Calculator For Distributed IT beschikbaar gesteld. Wat die tool precies kan en waarom DCIM steeds belangrijker wordt legt datacenter lifecycle consultant Loek Wilden uit.

Update nieuwbouw Microsoft Azure cloud datacenters in België

Update nieuwbouw Microsoft Azure cloud datacenters in België

Het is al langere tijd bekend dat Microsoft met eigen fysieke datacenters in België aanwezig wil zijn. Uit een recent artikel in de Belgische pers wordt duidelijk voor welke oplossing is gekozen. Daarmee is ook een antwoord gegeven op de vraag waar het datacenter komt dat de gecommuniceerde capaciteit van 60Mw gaat leveren.